Skip naar de inhoud

Vijf notenbomen voor een retourtje India

luchtfoto van bomen en weilanden

Wereldwijd experimenteren akkerbouwers en veehouders met een nieuwe, duurzame vorm van landbouw. Door hun land duurzamer te bewerken, leggen de boeren koolstof als het ware vast. Is carbon farming de oplossing voor ons CO2-probleem?

De tijd van het melken is voorbij. Niet langer brengt John Heesakkers elke ochtend en elke avond – óók in het weekend, óók op zijn trouwdag – door in de melkstal. In het voormalige kloppende hart van de boerderij stonden ooit zeventig koeien, nu zijn het er nog twaalf. Vanuit de schaduw kijken ze loom toe; af en toe klinkt er een loei, zonnestralen dalen door het dak neer op de plukken stro op de vloer. ‘Wel een beetje een stoffige boel zo’, zegt de boer en hij wijst naar de melkmachines in ruste. Ze zijn bedekt met een laag spinnenwebben.

Zijn Janmiekeshoeve, te vinden tussen de Brabantse dorpen Mariahout en Beek en Donk, deint al ruim twee eeuwen mee op de eisen van de maatschappij. In 1781 begonnen zijn voorouders met een aantal koeien en kippen, wat akkers voor aardappelen en graan. Alles bleef grofweg hetzelfde tot halverwege de twintigste eeuw: de tijd van Mansholt, van schaalvergroting en specialisatie, ruilverkaveling en Roundup. Heesakkers’ ouders deden mee – ze moesten wel. Meer, groter, efficiënter bleef jarenlang het devies. Nog steeds wordt de hoeve omringd door megastallen. Ook Heesakkers bleef meerekken zo ver hij kon. Tot tien jaar geleden, toen de melkprijzen opeens instortten. Hij besloot om te schakelen van reguliere melkveehouderij naar een biologisch bedrijf. ‘Ik kreeg steeds meer moeite met hoe boeren zijn overgeleverd aan de grillen van inkopers, supermarkten, de wereldmarkt. Ik wilde het anders doen.’

Lees verder

Bron: De Groene Amsterdammer

Bekijk hieronder een video over de Janmiekeshoeve